Twijfels over de herstelmelding, wat nu?

Stel: u heeft een medewerker in het langdurig verzuim die twee weken voor haar vakantie van de bedrijfsarts te horen heeft gekregen dat er geen beperkingen meer zijn en hersteld gemeld kan worden voor de bedongen arbeid. In de praktijk echter heeft deze medewerker nog niet laten zien dat zij alle bij haar functie behorende taken uitvoert en de leidinggevende heeft nog twijfels of medewerker het werk duurzaam kan volhouden. De medewerker claimt echter dat zij per datum oordeel bedrijfsarts hersteld gemeld wil worden. Wat moet er dan gebeuren?

Advies door de arbeidsdeskundige

De eerste stap is het op de hoogte brengen van de casemanager verzuim of Adviseur Arbeid en Gezondheid. Die benadert de arbeidsdeskundige vervolgens voor advies. De casemanager verzuim of adviseur zorgt ervoor dat alle stappen van de Wet verbetering poortwachter op tijd genomen worden en verzorgt het contact tussen medewerker, bedrijfsarts en werkgever. Vervolgens is het aan de arbeidsdeskundige om te kijken of een duurzaamheidstoets nodig is.

Duurzaamheidstoets bij twijfel over de herstelmelding

In het voorbeeld vraagt de medewerker via de casemanager aan de arbeidsdeskundige of er een wettelijke grondslag is voor de duurzaamheidstoets om het volledig herstel in de praktijk te toetsen. Allereerst: de duurzaamheidstoets staat niet in de wet, maar is gebaseerd op het de beginselen van het arbeidsrecht (artikel 7:611 BW): ‘De werkgever en de medewerker zijn verplicht zich als een goed werkgever en een goed medewerker te gedragen’. Duurzaamheidstoetsen mogen alleen worden toegepast als er twijfel is of medewerker duurzaam in staat is zijn bedongen arbeid te verrichten. Doet de medewerker weer alle taken die horen bij de functie in hetzelfde tempo en met dezelfde kwaliteit? De rol van de leidinggevende is hierbij essentieel: deze kan vaststellen of er inderdaad nog beperkingen zijn bij het verrichten van de bedongen arbeid.

Communicatie tussen medewerker en leidinggevende

Deze toets vraagt om een goede communicatie met leidinggevende en medewerker. De casemanager inzetbaarheid is degene die dit proces goed moet en kan begeleiden. Daarbij is het van belang om gezamenlijk een eindpunt vast te stellen of de betreffende medewerker wel of niet volledig hersteld is. Het is daarbij redelijk om de duurzaamheidstoets te starten met een periode van één maand tot zes weken waarbij wekelijks wordt geëvalueerd. Hier is de rol van de leidinggevende in afstemming met de casemanager van groot belang. Heeft de medewerker weer feitelijk zijn oude niveau qua functioneren? Is medewerker inzetbaar op alle taken en is er ook niets aan te merken op de kwaliteit en kwantiteit van het werk? Zo ja, dan vindt er een volledige hersteld melding plaats.

Inzet van DIO (preventief)

Mocht de medewerker weer hersteld zijn gemeld en er bestaat alsnog twijfel aan zijn (duurzame) inzetbaarheid, dan kan via Puls een Duurzaam Inzetbaarheidsonderzoek ingezet worden. Op deze wijze krijgen zowel werkgever als medewerker inzicht in de signalen van eventuele disbalans, de oorzaak hiervan en hoe de balans kan worden hersteld.

Meer weten over herstelmeldingen en inzetbaarheid?

Wilt u de inzetbaarheid van uw medewerker laten testen door Puls? Dan helpen wij u graag! Raadpleeg uw casemanager of adviseur, of neem contact met ons op via 088 032 2460 of servicedesk@pulsinzetbaarheid.nl.

Neem contact op

Wilt u meer informatie ontvangen? Neem dan contact met ons op of vraag vrijblijvend een offerte aan.